Voor de twintigste eeuw kwamen er in Europa twee type varkens voor: het Groot Grootorig Landvarken en het Kleinorig Stagoorvarken. Het Groot Grootorig Landvarken verdrong omstreeks de tweede helft van de negentiende eeuw het Kleinorig Stagoorvarken.
Men wilde toender tijd al een varken dat vroeg slachtrijp was, sneller groeide en meer vlees in verhouding tot spek had. Het Groot Grootorig Landvarken was in Nederlands bekend onder verschillende regionale namen zoals het Fries varken, het Drents varken en het Limburgs varken. Helaas zijn deze regionale types geleidelijk opgegaan in een Nederlands Landras en daarmee verdwenen.
In de Barlheze hangt een ‘eerbetoon’ in de vorm van deze gevelsteen.
Bron: https://zeldzamerassen.nl/nlvarken/geschiedenis/