Het Rijkenhage was tot 1953 ook aan de noordzijde bebouwd, en grenzend aan het Leeuwenhuisje stond een groot huis met een gevelsteen waarin het jaartal 1664 was uitgehouwen. In dat jaar kocht lakenverver Peter van Sonsveld een terrein (een ledige plaats) met achteruitgang op de Berkel. De stoffen werden gespoeld vanaf het terrasje, het milieu speelde toentertijd nog geen rol van betekenis.

Het is mogelijk dat op deze ledige plaats het dit erkerhuisje als tuinhuis is gebouwd. Het heeft later dienst gedaan als tolhuis. Voor 1891 deed het huisje dienst als woning voor het hoofd van de aangrenzende Rooms-katholieke school. Voor de afbraak van de bebouwing aan de noordzijde van de Berkel noemde men dit stukje wel Zutphens Venetië. Hoe het ook zij, het is en blijft een pittoreske woning zo aan de oever van de Berkel. De naam van het huisje spreekt voor zich, en de erker wordt gedragen door gebeeldhouwde leeuwen. Momenteel doet het huisje dienst als ‘kassa’ voor de fluisterschippers die hun boten waarmee menig toerist een interessante tocht over de Berkel maken. In de winterdag nemen kunstenaars het huisje over en gebruiken het als open atelier.

Vergelijkbare berichten