De bunker aan de hovense kant van de IJssel staat. In WO II moest zij de brug beschermen.
Kazemat de Hoven
Het woord kazemat komt van het Italiaanse casa matta en/of Spaanse casa armata. Dat zijn beiden afgeleiden van het oude Byzantijnse begrip chasmata, wat als aanduiding voor een vesting met schietgaten werd gebruikt. In het moderne Grieks is het woord chasma in gebruik voor ‘spleet’ of ‘kloof’. Het verwees naar de schietsleuven in stellingwerken. Het is een bekend misverstand dat het in het Italiaans en Spaans tot casa verworden chas naar ‘huis’ of ‘gebouw’ verwijst.
Oorspronkelijk is de kazemat een militair gebouw, dat als actief verdedigingswerk in gebruik is. Later worden alle overdekte ruimtes kazematten genoemd. De overdekking kan bestaan uit slechts balken of een gemetseld of betonnen gewelf onder een aarden wal. Ook kan een kazemat een vrijstaand bomvrij stenen of betonnen gebouw zijn. Kazematten worden zowel voor verdediging gebruikt als voor het bewaren van voorraden munitie en eten. In oorlogstijd dienen ze tevens als woonruimte voor de militairen.
Sinds de Tweede Wereldoorlog worden betonnen onderkomens in de volksmond vaak aangeduid met ‘bunker’.
In Nederland werden er tot in de jaren ’30 van de afgelopen eeuw door het Nederlandse Ministerie van Defensie kazematten gebouwd: de laatste verrezen op de Afsluitdijk bij Den Oever en Kornwerderzand. Bij Kornwerderzand werden de kazematten in de meidagen van 1940 ingezet om de Duitse opmars door Nederland te stoppen.
Later bleek vestingbouw door de tijd te zijn ingehaald: moderne oorlogsvoering met vliegtuigen en andere snel verplaatsbare voertuigen maakten de statische vestingwerkenniet meer doorslaggevend in de oorlogsvoering. De bewegingsoorlog gaat immers uit van het doorbreken van de linies, gevolgd door een opmars waarbij de Kazematten snel afgesneden worden.